De liquidatie van twee medewerkers van de Landbouwhogeschool in mei 1940.
Jan Houtlosser en Gerard Wiebols
Door Dick de Wit, 2011
Aanleiding tot dit onderzoek vormt een artikel van Martin Brink in de Veluwepost/Bevrijdingskrant van 25 april 2008: Medewerkers mogelijk slachtoffers van Huzaren.
Martin Brink verwoordt in dit interview met mij, over de moord op twee medewerkers van de vakgroep Microbiologie van de Landbouwhogeschool in de meidagen van 1940. Het betreft Jan Houtlosser, amanuensis en Gerard Wiebols, wetenschappelijk onderzoeker. Een tweetal bronnen geeft aan dat dit in 1944 zou zijn gebeurd door Duitse militairen. Zelf beschikte ik over mondelinge informatie dat deze liquidatie zou zijn uitgevoerd door Nederlandse militairen in mei 1940. Inmiddels zijn we twee jaar verder en zijn er aanwijzingen die een geheel ander licht op de zaak werpen.
Cultures
Als medewerker van de vakgroep Landmeetkunde, gelegen naast de vakgroep Microbiologie aan de Hesselink van Suchtelenweg, had ik weleens contact met mevrouw J.G. van Zantwijk-van der Meer die woonde in de conciërgewoning behorende bij Microbiologie. Zij was de weduwe van D.J. van Zantwijk, de opvolger van Jan Houtlosser in 1940. Zij vertelde mij met grote stelligheid dat Houtlosser en Wiebols in mei 1940 door Nederlandse militairen, in de hectiek van de eerste oorlogsdagen, zouden zijn doodgeschoten. Zij zouden zijn aangezien voor leden van de indertijd zo genoemde “5e Colonne”. Mijn moeder, een Wageningse en bekend met de familie Houtlosser, heeft dit verhaal bevestigd.
De term 5e Colonne wordt gebruikt om aan te geven dat er in een bepaald land bepaalde krachten aanwezig zijn die voor de vijand werken.
Na het verschijnen in 2005 van de publicatie van Arian van Diermen; “De Denneboom die de Dokter vermoordde”, waarin als datum 1944 wordt genoemd, ben ik met de informatie die ik had, verder gaan zoeken en heb naar aanleiding van deze informatie onderstaande hypothese ontwikkeld.
Na de Duitse inval op 10 mei 1940 moet de bevolking van Wageningen per rijnaken evacueren. Zo ook Houtlosser en zijn vrouw C.J. Houtlosser-Booij. Zij gaan naar het schip wat hun is aangewezen. Echter niet voor lang want Jan Houtlosser gaat er weer vanaf om, zoals hij zegt, naar het laboratorium te gaan om zijn cultures te verzorgen.
Twee lijken
Op 20 mei 1940 doet klompenmaker Nijhuis aangifte bij de politie dat op zijn bouwland aan de Domeinweg waarschijnlijk iemand begraven ligt. Onderzoek wijst uit dat het om twee lichamen gaat, van vermoedelijk gefusilleerde mannen, Jan Houtlosser en Gerard Wiebols. Met mijn wetenschap dat de daders Nederlandse militairen zouden zijn geweest ben ik nagegaan welk legeronderdeel hiervoor verantwoordelijk zou kunnen zijn. Ik kom dan op 5-4-RH. (5e Regiment-4e Eskadron Regiment Huzaren).
Deze eenheid heeft op de 10e mei tussen Oosterbeek en Wageningen vertragende gevechten met de indringers gevoerd en krijgt om 15.50 uur de opdracht zich terug te trekken in de stelling onderaan de Wageningse Berg in de bosrand op de lijn Pompstation – Oranje Nassau’s Oord – Quadenoord. Eén peloton krijgt opdracht contact op te nemen met achterliggende troepen en de versperringen open te houden. Na de vijandelijke opmars hier tot staan te hebben gebracht, trekt men zich om 17.45 uur uit deze stelling terug en gaat in de richting Grebbeberg. Dit laatste zal gedekt zijn gebeurd via de vele bospaden welke vanaf de stelling richting Wageningen lopen.
Aanvankelijke hypothese
Jan Houtlosser heeft inmiddels bij het laboratorium Ir. Wiebols ontmoet die daar nog steeds aan zijn onderzoek werkt. Aangenomen mag worden dat Houtlosser wist van de aanwezigheid van Wiebols. Gelet op de situatie moeten zij besloten hebben naar het huis van Wiebols te gaan aan de Hullenberglaan. Zij dachten dit te doen via het Bergpad of de Rijksstraatweg over de Domeinweg en vervolgens langs de bosrand, waar men beschut kon lopen naar de Hullenberglaan (thans Oostinglaan) Aannemelijk is dat dit bij schemering of duisternis is gebeurd. In de omgeving van de Domeinweg moet het toen fout zijn gegaan. Hier lopen zij tegen de Huzaren aan. Die trekken meteen hun conclusie: Burgers op hun pad – 5e Colonne!! Zij hadden volop vuurcontact met Duitsers gehad en al eerder onder verdachte omstandigheden burgers aangetroffen. De adrenaline moet bij de Huzaren de oren zijn uitgekomen
Tot zover mijn aanvankelijke hypothese van de mogelijke reden van hun liquidatie.
Reactie van de familie Wiebols
Na de publicatie in De Veluwepost word ik gebeld door een nicht van Wiebols. Zij vertelt dat zij niet anders weet dan dat haar oom Geert door Duitsers is terechtgesteld. Precies weet zij niets toe te voegen en zij vraagt of een neef van haar, ook een Wiebols, contact met mij mag opnemen. Deze neef woont al jaren in Zuid-Afrika en is bijzonder geïnteresseerd in de familiegeschiedenis. Hieruit volgt een interessante correspondentie die in eerste instantie nog niet veel toevoegt aan het onderzoek. Wel wordt duidelijk dat Wiebols een Duitse oorsprong heeft en dus mogelijk sprak met een Duits accent wat het vermoeden van de militairen alleen maar kan hebben versterkt. Dit past nog steeds in mijn aanname. Verder noemt hij als vermoedelijke datum van overlijden 13 mei 1940. Deze datum zou kunnen slaan op de globale schatting van de lijkschouwer, een plaatselijke huisarts. Het zou dus ook nog steeds 10 mei kunnen zijn. En dus bleven Nederlandse militairen nog steeds in beeld.
Duitsers op de Wageningse Berg
Inmiddels is na het vertrek van de Huzaren wel het een en ander op de Wageningse Berg veranderd. Op 11 mei nemen Duitse artillerie-eenheden posities in villawijk Hamelakkers (Sahara), om van hieruit de Nederlandse voorposten in de Nude en de Haarweg en later de Grebbeberg onder vuur te nemen. Op 12, 13 en 14 mei volgen nog enkele eenheden met als locaties de Eng en de bosrand ten oosten van Wageningen. Het gaat hierbij om zes artillerieregimenten. Het geschatte aantal vuurmonden bedraagt zeker 60 stuks. Tel daar de gevechtstrein met ondersteunend personeel, voertuigen en paarden bij op, dan kom je zeker aan een personeelssterkte van ongeveer 800 man, gelegerd in de bosrand vanaf de Rijksstraatweg (nu Generaal Foulkesweg) tot achter de Wielerbaan. Het moet daar dus een paar dagen hebben gewemeld van de Duitsers.
Dit laatste is gebaseerd op het onderzoek van Kees Ruissen, dat resulteerde in o.a. zijn publicatie in het decembernummer van de historische vereniging Oud-Wageningen, “Het was vol op de Eng”.
Derde slachtoffer
Op 25 mei 1940 doet Prof. Broekema melding bij de politie van een veldgraf in de omgeving van zijn woning Englaan 2 in de wijk Hamelakkers (Sahara). Het blijkt te gaan om het lijk van de 55 jarige Dirk Jansen, waarvan de vermissing op 23 mei is gemeld door zijn werkgever Grootheest. Deze laatste meldt dat Jansen sinds 13 mei wordt vermist. Opmerkelijk is dat zowel Houtlosser en Wiebols als Jansen in vrijwel identieke veldgraven (ondiep maar wel afbedekt) zijn aangetroffen in de directe omgeving van Duitse geschutopstellingen.
Huzaren vrijgepleit
Dan komt er op 1 april 2010 weer een e-mail uit Zuid-Afrika. Het onderzoek laat neef Gerd niet met rust en hij schrijft dat hij in juli 1985 met Bob Meyer (een familielid) in gesprek kwam over oom Geert. Deze Bob Meyer vertelde dat hij kort voor het noodlottig voorval contact met oom Geert had gehad. Dit contact vond plaats in de woning aan de Hullenberglaan waar Geert Wiebols samen met zijn broer Walter woonde. Geert had hem verteld dat hij door Duitse militairen in hechtenis was genomen vanwege een avondklok. Wat was namelijk het geval. Wiebols ging vanuit zijn huis aan de Hullenberglaan naar het laboratorium en vice versa. Zijn cultures moesten om de zes uren gevoed worden. Hiertoe bleef hij zolang mogelijk op zijn laboratorium om dan tegen middernacht weer naar zijn woning terug te keren. Hierbij moet hij dus een keer zijn aangehouden en kon zich eruit praten, ( hij sprak voortreffelijk Duits) misschien kreeg wel de waarschuwing dit niet weer te doen.
Voor de waarheidsvinding is deze informatie van Gerd Wiebols uit Zuid Afrika belangrijk
Tijdens een volgende tocht lopen Houtlosser en Wiebols wederom tegen Duitse militairen aan. Dit zal hun noodlottig zijn geworden. Dat Houtlosser hem steeds vergezelde ligt voor mij wel vast. De trouwe amanuensis die zijn onderzoeker steunt. Dit blijkt overigens ook al uit zijn reden van vertrek van de evacuatieboot. Waarschijnlijk is Houtlosser nooit van plan geweest te evacueren, maar is hij alleen naar de haven gegaan om zich ervan te overtuigen dat zijn vrouw veilig aan boord was.
De fatale 13de mei
De eerste aanhouding van Wiebols zal in de nacht 10 of 11 mei zijn geweest. De 13e mei zal voor hen fataal zijn geweest. Burgers die binnenlopen bij een militaire eenheid tijdens oorlogshandelingen zijn altijd zeer verdacht en kunnen als franc-tireur worden gezien wat leidt tot standrechtelijke executie. Rond en op de plek van hun veldgraven zijn twee Duitse artillerie-eenheden actief geweest. De datum van 13 mei zal bekend zijn geweest bij Bob Meyer en/of de broer van Geert, Walter Wiebols. De datum van 13 mei 1940 staat overigens ook vermeld in het grafregister van Purmerend, waar Geert Wiebols begraven is.
Op 13 mei is ook Dirk Jansen voor het laatst levend gezien.
De Duitse artillerie-eenheden die hier actief zijn geweest, waaronder één SS artillerie- eenheid, zullen zeker over de nodige oorlogservaring hebben beschikt. (Inval in Polen, 1939) We hebben het hier dus over ervaren militairen die niet schroomden om tijdens gevechtshandelingen een paar verdachte burgers te executeren.
Conclusie. Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zijn Houtlosser, Wiebols en Jansen op 13 mei 1940 door Duitse militairen terechtgesteld.
Bronnen
Politierapporten Politie Wageningen.
Processen verbaal Politie Wageningen.
Martin Brink, Veluwepost 25 april 2008.
Arian van Diermen, De denneboom die de dokter vermoordde.
Dr.W.J. Middelhoven, Mensen door de jaren heen. 75 Jaar Microbiologie.
Arno van der Valk, “t Was waarlijk Pinksteren. Martinus Nijhof in uniform (Nijhof was de commandant van het 5e eskadron Huzaren.)
NIMH. Dagboek 4 – 5 – RH. 10-11-12-13-14 mei 1940.
Correspondentie met Gerd Wiebols.
Kees Ruissen, Het was vol op de Eng. Contactblad HVOW december 2010.
Ad Rietveld: Wageningen in oorlogsbrand.
Website Wageningen 1940 – 1945.
Weblog Cees Ruissen.
Lt. Kol. B.D. E.H. Brongers. De Nederlandse Cavalerie in de Meidagen van 1940.
Lt. Kol. B.D. E.H. Brongers. Grebbelinie1940. 10e druk.
Dit artikel is eerder verschenen in het contactblad 39-2, april 2011 van de historische vereniging Oud-Wageningen.